Intermitterende Pneumatisch Compressie

IPC Druk-opbouwschema

Intro
Het imago van mechanische pressotherapie, de Intermitterende Pneumatische Compressie (IPC) als ondersteuning van de oedeembehandeling is de afgelopen jaren veranderd. In het verleden werd er negatief gesproken over IPC en werd de behandeling overbodig geacht. Nu zie je steeds vaker IPC als ondersteuning van het behandelplan, zowel in de praktijk, als in de thuissituatie. En in combinatie met manuele lymfdrainage en de therapeutische elastische kous (TEK).

Wat is IPC en hoe werkt het?
Al enkele eeuwen geleden werd door artsen geëxperimenteerd met het concept de bloedcirculatie te verbeteren door uitwendige druk op de benen toe te passen. De lymfe press is een apparaat waarmee deze druk via afwisselende pneumatische compressie uitgevoerd kan worden.
Het principe is het verzorgen van een geautomatiseerde drukopbouw met behulp van een opblaasbaar manchet, welke om het te behandelen lichaamsdeel wordt geplaatst. Er zijn vele soorten manchetten, voor benen en armen en zelfs voor de romp. Elk manchet bestaat uit een aantal overlappende luchtkamers (minimaal 8 en maximaal 12). Door die luchtkamers afwisselend met lucht te vullen en leeg te laten lopen ontstaat een pompbeweging, een soort melkende beweging, waardoor het vocht omhoog wordt geperst. Dat is meteen ook het onderscheid met de manuele lymfedrainage die het lymfestelsel stimuleert om het vocht op te nemen en af te voeren. De druk van de intermitterende pneumatische compressie verplaatst het vocht vanaf hand of voet in de richting van oksel of lies, richting afvoer. Manuele lymfedrainage kan niet worden vervangen door IPC, de oedeemtherapie wordt effectiever met medegebruik van IPC. Dit kan leiden tot tijdsbesparing – minder frequente therapie – en daardoor vermindering van de totale kosten van behandeling.

Indicaties en contra-indicaties voor IPC
IPC kan gebruikt worden bij veneus oedeem door spataders of trombose. Bij lymfoedeem is voorzichtigheid geboden omdat er geen sprake mag zijn van een totaal geblokkeerde lymfafvloed. In deze gevallen moet extra worden gelet op stuwing boven de manchet wat verharding van de weefsels tot gevolg kan hebben.
IPC werkt kortdurend en dient altijd gevolgd te worden door een effectieve compressievoorziening zoals een TEK of een compressief verband.

In geval van lymfoedeem zal eerst gestart worden met manuele lymfdrainage in combinatie met compressietherapie middels korte-rek zwachtels. Als het oedeem voldoende teruggedrongen is, zal de compressietherapie worden voortgezet met een therapeutische elastische kous (TEK). Bij onvoldoende effect van deze standaardbehandeling, kan IPC soms aanvullend hieraan een goede optie zijn.

Wanneer kan IPC gebruikt worden?

  • Bij flebo-lymfoedeem in combinatie met ambulante compressietherapie;
  • Als ondersteuning van manuele lymfdrainage therapie bij lymfoedeem;
  • Voldoende reserve afvoermogelijkheden (adequate collaterale afvoermogelijkheden) van het lymfesysteem

Wanneer geen IPC gebruiken

  • Als er sprake is van infecties / wondroos of als die recent zijn doorgemaakt;
  • Bij totale lymfobstructie, bijvoorbeeld een totale afsluiting van lymfe afvoer door operatie, littekenweefsel;
  • Lymfoedeem door uitgebreide uitzaaiingen van kanker in de lymfbanen en/of weefsels.

De druk waarmee IPC wordt uitgevoerd

Er bllijkt geen interne richtlijn of advies voorhanden te zijn waarin de keuze van de druk staat omschreven. Gebruikelijk bij lymfoedeem is een  druk tot 40 mmHg (mm kwikdruk). Bij flebologische aandoeningen kan een veel hogere druk worden toegepast.
De behandeling met IPC vindt alleen plaats op strikte indicatie, als onderdeel van een geïntegreerd behandelplan, dat wil zeggen bij lymfoedeem dat niet afdoende reageert op manuele lymfdrainage en compressief verband en/of therapeutische elastische kous. IPC is een aanvullende behandeling die goede begeleiding nodig heeft en daarom op advies en onder begeleiding van (para)medici met lymfologische ervaring moet gebeuren.

Bij aanvang van de behandeling dient de druk laag te worden ingesteld en bij eventuele klachten van de patiënt te worden aangepast. Tijdens en na de behandeling wordt erop gelet dat er geen stuwing boven de manchet optreedt; stuwing is ongewenst en is een reden om IPC te staken.
In een recent artikel van Pilch U, Wozniewski M, Szuba A.  wordt een onderzoek gerapporteerd over het effect van IPC met twee verschillende cycli en drukopbouw op het verminderen van secundair lymfoedeem van de arm bij vrouwen na borstkanker. De conclusie luidt, dat de verschillende variabelen in de toepassing van IPC, waaronder de keuze van de drukhoogte en de verschillende apparaten tot nu toe niet voldoende zijn onderzocht, mede door verschillen in procedure en het ontbreken van controlegroepen.
In zijn proefschrift wijst Damstra  op het effect van verschil in druk bij compressiezwachtelen bij vrouwen met lymfoedeem na borstkanker. Hij concludeert dat de resultaten bij een lage druk (20 – 30 mmHg) even effectief zijn als bij een hogere druk (50 – 60 mmHg), maar dat de lagere druk beter wordt verdragen. Damstra benadrukt dat deze uitkomsten anders zijn dan  bij onderzoeken naar oedeem in de benen, waarbij juist hoge druk meer effectief is voor het verminderen van oedeem.  Dit betekent waarschijnlijk ook dat een hogere IPC druk aan de benen wel mogelijk is, bv tot 60-80 mm Hg. Onderzoeken hiernaar zijn helaas niet voorhanden.

Beperkingen
IPC kent haar beperkingen. Het beste resultaat wordt verkregen op de lichaamsdelen, waar de manchet gemakkelijk omheen gelegd kan worden: namelijk de armen en benen. De omvang is daar betrekkelijk gering (in vergelijking met de buik of de borstkas bijvoorbeeld) en de druk is goed en circulair aan te brengen. Moeilijker wordt het bij de plattere delen van het lichaam, denk aan liezen, onderlichaam, borst, rug en schouders. Om in deze gebieden problemen het hoofd te bieden zijn er speciale manchetten ontwikkeld: schouderstukken (in combinatie met armmanchetten), jackets (voor de handeling van beide armen en/of de borst/rug of gedeelten daarvan) en broekmanchetten (gelijktijdige behandeling van beide benen, al dan niet in combinatie met voor en/of achterzijde van het onderlichaam).
Op de rand van de manchet (het onderbrekingsgebied genoemd) kan zoals gezegd stuwing ontstaan, wat op den duur fibrose  en weefselverharding tot gevolg kan hebben met uiteindelijk kans op ontstekingen, wondjes en functiebeperking. Mocht dit ontstaan dan wordt in de praktijk van de huidtherapeut wel gebruik gemaakt van lymftaping op dit onderbrekingsgebied. Dat kan leiden tot een betere doorbloeding en daarmee tot een betere afvoer van vocht. Onder de tape kan het lymfevocht zich namelijk verplaatsen en bekend is dat fibrose door tape wordt verzacht.

IPC in de thuissituatie
Het ‘homemodel’, het IPC-apparaat voor thuisgebruik, kan op voorschrift van de specialist worden aangevraagd bij de zorgverzekeraar (in bruikleen). Een goede indicatiestelling ontbreekt vaak, omdat juist de mate en aard van het lymfoedeem in de definitieve keuze betrokken moet worden. Voorafgaand aan het gebruik van de IPC wordt geadviseerd ademhalingsoefeningen en zelfmassage toe te passen. In het kader van zelfmanagement kan IPC worden ingezet wanneer de oedeemtherapie en de therapeutische kous onvoldoende resultaat geven. Een wenselijke aanvulling, waardoor mensen minder vaak in de praktijk behandeld hoeven worden en daarmee minder afhankelijk zijn van therapie. Overigens zijn andere vormen van thuis compressie, bijvoorbeeld met verbanden, speciale hulpmiddelen en eventueel een compressievoorziening voor de nacht ook goede alternatieven.
Men dient te bedenken dat het effect van IPC slechts kort aanhoudt (uren) waarbij een aanvullende effectieve compressievoorziening, bijvoorbeeld een therapeutisch elastische kous, essentieel is.

Tot slot
Er bestaat geen (CBO) richtlijn voor IPC-therapie, waarin het oordeelkundige gebruik ervan staat omschreven. In de praktijk en uit de weinige literatuur blijkt dat er geen eenduidigheid bestaat over het gebruik, de drukopbouw en de maximale drukhoogte van het IPC-apparaat. IPC kan een ondersteuning geven van oedeemtherapie in de aanvangsfase en een kleine bijdrage leveren aan de onderhoudstherapie. Het effect van IPC houdt slechts kortdurend aan. Een goede compressie voorziening zoals een TEK is daarom essentieel om een aangedane arm of been met lymfoedeem goed onder controle te houden.

Samenvatting
IPC-apparaten kunnen als aanvulling op manuele lymfedrainage en compressietherapie bij een ernstiger oedeem in de beginfase tot snellere resultaten van de behandeling leiden.
De apparaten zijn er voor arm en been; er zijn ook jacks en broeken voor oedeem op de romp. Door wisselende druk wordt het oedeem tussen de weefselspleten verplaatst en mogelijk het lymfsysteem gestimuleerd. Door ademhalingsoefeningen en (zelf)massage wordt het lichaam voorbereid op de press-behandeling.
De druk van het IPC-apparaat moet heel geleidelijk worden opgebouwd en is afhankelijk van de aandoening die het oedeem veroorzaakt en of het om arm of been gaat. Na een periode waarin het apparaat niet is gebruikt, moet het opbouwschema opnieuw worden gevolgd. De behandeling kan niet in alle gevallen worden toegepast, zie hiervoor de indicaties. De behandeling mag nooit pijnlijk zijn.
Een thuismodel kan door de zorgverzekeraar in bruikleen worden gegeven, wanneer de behandelend specialist dit indiceert. IPC kan slechts een kleine bijdrage leveren aan de onderhoudstherapie. Het effect van IPC houdt slechts enkele uren aan en dient gecombineerd te worden met een goede therapeutische kous. Manuele lymfdrainage kan niet door IPC worden vervangen, de oedeemtherapie wordt effectiever met medegebruik van IPC.

Bron: P. van de Wiel-Sieben, J. Verhoeff, Lymfologica, Onder druk, p.11-13, Jng.2009 nr. 7 sept.

Onder druk: intermitterende pneumatische
compressietherapie http://lymfoedeem.nl/nlnet/download/72dca946cab4dbb2ff2b2481cdc03596.pdf

IPC Druk-opbouwschema

Bron: https://rsnijders.info/vakblog/2014/08/31/jump-links-anker-links/

Voorafgaand aan het gebruik van de IPC wordt geadviseerd ademhalingsoefeningen en zelfmassage toe te passen. In het kader van zelfmanagement kan IPC ingezet worden wanneer de oedeemtherapie en de therapeutische kous onvoldoende resultaat geven. Een wenselijke aanvulling, waardoor mensen minder vaak in de praktijk behandeld hoeven te worden.

IPC mag tweemaal per dag gebruikt worden gedurende 1 à 2 uren per keer. De drukopbouw wordt als volgt toegepast:

Week 1 dag 1 25 mmHg
Week 1 dag 2 en 7 dagen daarna 30 mmHg
Week 2 (9 dagen na aanvang) 35 mmHg
Week 3 (16 dagen na aanvang) 40 mmHg
Week 4 (23 dagen na aanvang) 45 mmHg
Week 5 (30 dagen na aanvang) en volgende weken 45 mmHg tot maximaal 50 mmHg

Tabel : Voorbeeld van een druk-opbouwschema .
Deze tabel kan dienen als advies, er bestaat in Nederland geen richtlijn voor drukopbouw.